maandag 24 januari 2011

ROFL LOL <|8-D CUL8tOr!

Chatten was zo ongeveer het eerste wat ik deed op internet. We schrijven het jaar 1995 des heeren, op mijn middelbare school stonden twee computers met internetverbinding, en ook thuis was mijn digitaal ingestelde vader al online. De leraren hadden geen idee wat je er mee kon, maar een slim vriendinnetje van mij wees me op Netscape, Altavista en IRC. Op het wereldwijde web kon ik eigenlijk nog niks interessants te vinden, maar het chatten vond ik wel leuk. Met wildvreemden. Die dan met me flirtten door me een roos aan te bieden: @->->->--. Jammer, jammer dat ik die chats niet heb bewaard. Was nog niet echt bezig met digitale duurzaamheid toen :-).

Toen mijn vader begreep waar IRC voor diende, was het gauw uit met de pret. Hij wilde liever niet dat zijn 15 jarige dochter van wildvreemden digitale rozen ontving.

Op de universiteit kon je instant messages sturen via Pegasus. Dat bleef meestal beperkt tot het woord: “koffie?”, waarna de chat IRL (in real life) werd voortgezet.  Op school en de universiteit werden al snel alle bekende chat-functies verboden of verbannen. Maar de ene was nog niet verboden of de andere werkte alweer, ebuddy, aMSN… Ik vond het ook onzin, dat verbieden. In mijn eerste baan was MSN een heel geaccepteerd communicatiemiddel onder collega’s.

Enfin, het chatten heb ik altijd een handig en natuurlijk communicatiemiddel gevonden. Sommige mensen zeggen: ik bel liever even. Ik vind juist dat je iemand eerder stoort door te bellen dan door even te chatten: “Ben je daar?” Bovendien is het prima geaccepteerd om niet (meteen) te reageren op een chat: “oh, de ander zal wel druk zijn”, denk je dan. Vervolgens ga je verder met je werk en reageert de persoon later alsnog.

De recente ontwikkeling dat helpdesk-diensten chats aanbieden, vind ik dan ook een hele goede. Ik snap het argument: “we hebben daar geen tijd voor” niet echt. Je hebt toch ook tijd om een studiezaal te bemensen? Als dan blijkt, dat mensen minder vaak fysiek naar de studiezaal komen, maar wel steeds meer via het web onderzoek doen, dan is een laagdrempelige digitale help-functie een logische stap. Ik vond de rapportage van de chatfunctie hij het BHIC dan ook inspirerend.

Vaak heb je op een site maar een heel kort vraagje, die gemakkelijk via een paar woorden of een link kan worden beantwoord. Zo ben ik laatst goed geholpen door de chat-dienst van de UvA-bibliotheek. Wel heb ik graag een echt mens aan de andere kant van het chatvenster, en niet zo’n rondborstige avatar die bij elke vraag zegt: ik heb uw vraag niet goed begrepen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten